Nieuwsbericht
22 aug, 12:59
2015
Vakredactie
Verzorging
Ronald Korsten.

Proost!

We hebben in ons leven een aantal momenten dat we elkaar een goede gezondheid toewensen. In gezelschap tijdens het heffen van het eerste glas, na een niesbui en bij het afscheid nemen bij iemands ziekbed. Een goede gewoonte met een moment van bezinning over wat echt belangrijk is in het leven.

Over wat gezondheid is, vindt in de gezondheidszorg (visie) en ook in de politiek (beleid) intussen een interessante discussie plaats. Tot halverwege de vorige eeuw werd de afwezigheid van ziekte als belangrijkste reden gezien om iemand gezond te verklaren. Later kwam daar ook het volledig maatschappelijk en geestelijk welbevinden bij.
Wanneer je ‘op de man af’ in onze vergrijzende samenleving doorvraagt naar iemands gezondheid kan bijna iedereen wel een klein of groter mankement benoemen. Gelukkig zijn er echter veel mensen met een chronische aandoening die deze ‘last’ een plaatsje hebben kunnen geven. Ze hebben geleerd zich aan te passen aan de beperking die de chronische aandoening met zich mee brengt en vinden dat ze ‘het nog niet zo slecht hebben’.

Gezondheid wordt steeds meer gezien als de mogelijkheid om je aan te passen aan de beperkingen die bijvoorbeeld ziekte, veroudering en spanningen met zich meebrengen. Lijstjes van patiëntenverenigingen (2 miljoen volwassenen met reuma, ruim een miljoen hart- en vaatpatiënten, enz.) moeten daarmee geleidelijk ook in een ander daglicht gezien worden. Immers, wie is er dan nog gezond? Blijft natuurlijk de vraag wat de politiek hiermee gaat doen. Laten we hopen dat ze het ‘in Den Haag’ goed moet ons voor hebben en dat visie op gezondheid niet misbruikt wordt als financieel argument binnen de herstructurering van de gezondheidszorg.